Case study: industrieel afvalwater zuiveren met bacteriƫn

Hoe verwerk je een eindeloze hoeveelheid data over DNA-materiaal van micro-organismen? Tijdens haar onderzoek naar het zuiveren van industrieel afvalwater schakelde Marjet Oosterkamp (TU Delft) de nationale supercomputer in, die het denkwerk overneemt wanneer de capaciteit van het menselijk brein en een gewone computer zijn bereikt.

Fabriek

Je stopt er een soep aan data in, de supercomputer gaat ermee aan de slag en levert een paar dagen later hapklare brokken aan waarmee je verder kunt puzzelen. Het klinkt simpel, maar het kostte volgens Oosterkamp toch behoorlijk wat tijd en moeite om met de supercomputer uit de voeten te kunnen.

ā€œHet is complex omdat je met verschillende programmaā€™s werkt, je een beperkt ā€˜tijdsbudgetā€™ krijgt en precies moet aangeven waarmee de supercomputer aan de slag moet gaan en hoeveel geheugen daarvoor nodig is. Gelukkig zijn we geholpen door de ict-manager van onze faculteit, een bio-informaticus uit Mexico en natuurlijk de experts van SURF, de organisatie die de supercomputer beheert.ā€

Optimale omstandigheden waterzuivering

Oosterkamp doet met een team wetenschappers onder de projectnaam BioXtreme onderzoek naar het vinden van een methode om industrieel afvalwater te zuiveren met micro-organismen zoals bacteriƫn en archaea. In een viertal membraanbioreactoren in het lab in Delft creƫren ze met modelafvalwater omstandigheden waarin de micro-organismen moeilijk afbreekbare stoffen als fenolen uit het water zuiveren.

ā€œWe gebruiken modelafvalwater met een recept van componenten die veel voorkomen in de industrieā€, zegt Oosterkamp. ā€œZo weten we precies wat er in het water zit en kunnen we alles goed analyseren. Uiteindelijk willen we wel met echt afvalwater uit de industrie werken, maar dat is een volgende stap.ā€

Doel van het onderzoek is om erachter te komen bij welke omstandigheden (temperatuur, zout- en melkzuurgehalte) de micro-organismen optimaal hun werk kunnen doen. Volgens Oosterkamp is er namelijk nog veel onbekend over de rol van hoge temperaturen bij afvalwaterzuivering door micro-organismen. Wat overblijft na de zuivering zijn water dat kan worden hergebruikt in de industrie en biogassen die als energiebron kunnen dienen. Een circulair systeem dus.

ā€œHet werken met de supercomputer is complex omdat je met verschillende programmaā€™s werkt, je een beperkt ā€˜tijdsbudgetā€™ krijgt en precies moet aangeven waarmee de supercomputer aan de slag moet gaan en hoeveel geheugen daarvoor nodig is."

Van monsters tot uitgerekende data

Uit het modelafvalwater worden monsters genomen waaruit DNA-materiaal van micro-organismen wordt geĆÆsoleerd, legt Oosterkamp uit. ā€œDat sturen we op naar een bedrijf in Leiden, BaseClear, dat in hun laboratorium al het materiaal opbreekt in hele kleine stukjes. Die enorme brei aan data krijgen wij weer terug.ā€

Vanaf haar computer in Delft stuurt ze al die gegevens naar het datacenter van SURF, gelegen in een 72 meter hoog gebouw op het Science Park in Amsterdam. Daar ligt verspreid over twee verdiepingen onder meer 100 kilometer aan netwerkkabel, 25 petabyte (25.000 terabyte) aan online opslag en 50 petabyte aan tape-opslag. Op het serversysteem van SURF voeren verschillende processoren allemaal een bepaalde taak uit. De resultaten communiceren ze naar de centrale server, die het weer terugbrengt tot een geheel van uitgerekende data.

Indrukwekkend om te zien, vond Oosterkamp toen ze eerder dit jaar een bezoekje bracht aan het datacenter. ā€œEr staan enorme computerkasten waar de servers draaien en er zijn ingenieuze systemen voor luchtregulatie. Het is het nieuwste van het nieuwste, je mag daar ook niet zomaar komen.ā€

ā€œWe gebruiken modelafvalwater met een recept van componenten die veel voorkomen in de industrie. Zo weten we precies wat er in het water zit en kunnen we alles goed analyseren."

Verder puzzelen

Voor het project hadden de onderzoekers 1 terabyte werkgeheugen van SURF nodig. De supercomputer deed er vervolgens 400 uur (bijna 17 dagen) over om het rekenwerk uit te voeren. Nu het werk bij SURF erop zit, kunnen de onderzoekers met behulp van ā€˜gewoneā€™ computers verder aan de slag. ā€œWe zitten in de laatste fase van het project. Het is nu een kwestie van puzzelen en uitzoeken welk DNA bij welke micro-organismen hoort, zodat we precies weten welke eigenschappen ze bezitten.ā€

ā€œZoveel data kan een gewone computer simpelweg niet aan of het duurt maanden voordat je wat resultaten hebt"

De hulp van de supercomputer was volgens Oosterkamp essentieel om het onderzoek Ć¼berhaupt te kunnen doen. ā€œZoveel data kan een gewone computer simpelweg niet aan of het duurt maanden voordat je wat resultaten hebt. Dat is veel te lang, zeker omdat je van tevoren niet weet of het de gewenste resultaten oplevert en je misschien opnieuw moet beginnen.ā€

De uitkomsten van dit project kunnen weer een basis vormen voor een volgend project, waar dezelfde proef bijvoorbeeld wordt uitgevoerd bij echt industrieel afvalwater. ā€œDaar zullen we de supercomputer van SURFsara zeker weer bij nodig hebben. Het was heel uitdagend en interessant om met SURF te werken. Ik kijk al uit naar de volgende ā€˜samenwerkingā€™.ā€

Dit artikel is eerder gepubliceerd op de website van TU Delft.